Sunday, June 15, 2008

Observatie

Op één tafeltje na, zit het hele cafeetje vol. Ze laat de deur achter zich in het slot vallen. Het is een oude deur. Zo eentje die lijkt op een winkeldeur die je zou kunnen terugvinden in het ‘huis van Allijn’. De enige ‘vernieuwing’ is dat het belletje, dat aan de binnenzijde hing, en dat telkens dat de deur open ging een stoot kreeg en rinkelde, is weggehaald. Het vrolijke geroezemoes en lawaai overstemt de jazzy muziek. Het geluid van babbelende mensen heeft iets uitnodigend en geruststellend. Ze haast haar naar dat laatste vrije tafeltje. De zware cafélucht zal de hele dag in haar kleren en haren blijven hangen, bedenkt ze zich.


Daarnet, op weg naar hier had ze de krant gelezen. Radioactief staal komt België gemakkelijk binnen vanuit China. Er is een groot tekort aan vervangleerkrachten. Er wordt een Belg vervolgd omdat zijn echtgenote haarzelf in brand stak. Het gaat nog steeds niet goed met de Belgische politiek. De verkeersveiligheid en het aantal ongevallen raken maar niet onder controle. De open markt schaadt Haïti, en ook België moet daar iets aan doen. De olieprijzen stijgen alweer. Anderlecht lijkt kansloos. Jongeren ‘kamperen’ voor het internet: dag en nacht zitten ze voor het scherm, is dit wel nog gezond? Het gat in de ozonlaag wordt groter en het klimaat is nog steeds ontregeld. De koolmees heeft door de opwarming van de aarde met grote problemen te kampen.

Zo ging het wel nog enkele bladzijden verder, van kwaad naar erger. Ze had de krant weer netjes gevouwen en opgeborgen. Al dat slechte nieuws beviel haar niet.


Ze is een kwartiertje te vroeg. Het laatste tafeltje bevindt zich gelukkig op een strategisch plekje. Ze heeft er zicht op het hele cafeetje en kan er nogal onopvallend de mensen rondom haar bestuderen. Daar houdt ze van. Ze verzint dan hele verhalen: vanwaar de mensen komen, waarom ze er zijn, wat ze elkaar te zeggen hebben, en hoe ze zijn. Wie er achter het masker ‘mens’ schuilt.


Aan de tafel naast haar zit een man op leeftijd. Hij is deftig gekleed, en doordat de uiteinden van zijn zwarte haren wit zijn, lijkt het of hij een aureooltje rond zijn hoofd draagt. Zijn vriendelijke trekken zijn in een peinzende grimas getrokken. Hij zit gebogen over een stapel papieren, en tikt zenuwachtig met zijn rode balpen tegen de rand van de tafel. Tiktiktiktiktiktik. Misschien is hij een leraar, die druk aan het verbeteren is. Hij moet binnen een uurtje in het stad zijn, dus het was niet de moeite om huiswaarts te keren en bracht zijn verbeterwerk dus maar mee. Hij raakt er niet aan uit. Plots glimlacht hij, en noteert iets op het blad. Hij kijkt even op zijn horloge. Hij heeft dus een afspraak, denkt ze. Hij steekt het stapeltje verbeterwerk weg, en loopt naar de bar om nog een pint te bestellen.


Ietsje verderop, rond de wat grotere ronde tafel, zitten 7 meisjes druk te praten. Een ervan is een sigaret aan het roken. Het meisje dat links van haar zit, wuift de rook af en toe theatraal en overdreven weg, in de hoop dat haar vriendin zou beseffen dat ze het ambetant vindt. Maar het meisje merkt het niet, want ze is ondertussen uitbundig aan het lachen met het blonde poppetje dat rechts van haar zit. Het meisje dat tegenover hen zit is voor ze haar vriendinnen kwam vergezellen, gaan winkelen. De meisjes naast haar bekijken heel geïnteresseerd al haar nieuwe spulletjes. Wanneer één van hen haar nieuwe paar schoenen uithaalt, klinkt er uit elk van de acht meisjes hun mond een bewonderend kreetje. Het zevende meisje is aan het praten met het meisje met de rode strik in haar haren, die zonet nogmaals de rook wegblies. Ze zitten net iets te veel naar elkaar toegebogen. Ze hebben duidelijk een “persoonlijk gesprek over jongens.” Het rokende meisje haalt haar gsm boven en doet haar vriendinnen dan zwijgen. “Ze kan er elk moment aankomen” zegt ze. En ze had gelijk. Nog geen halve minuut later komt er een meisje het café binnen. Ze hoort duidelijk bij dit olijke gezelschap. Drie meisjes die het dichtst bij de deur zitten, springen op en vliegen het verbaasde meisje rond de hals.

GELUKKIGE VERJAARDAG, klinkt het nu plots van alle kanten. Het verbaasde gezichtje verraadt dat ze niet al de vriendinnen daar had verwacht.


Haar aandacht wordt plots getrokken door een meisje dat enkele tafels verder rechtstaat om aar het toilet te gaan. De jongen die achtergebleven is, kijkt haar glimlachend na tot ze in verdwenen is achter de klapdeuren die naar het toilet leiden. Hij zucht gelukkig. Een koppel in wording. Nu het meisje even weg is, weet hij zich geen houding aan te nemen. Hij moet een positie zien te vinden, waardoor het meisje verplicht wordt, zonder het goed en wel te beseffen, om dichter bij hem te zitten. Hij draait de tafel een klein beetje, schuift de stoel wat meer naar zich toe en keert zelf een beetje meer naar de stoel toe. Hij kijkt voldaan. Haar knieën zullen nu zachtjes tegen de zijne rusten. Zij zal er zich geen vragen bij stellen, en zal ze ook niet weg trekken. Ze keert terug van het toilet, en precies zoals hij gehoopt had, werkt zijn plannetje. De jongen maakt een opmerking en het meisje gooit haar hoofd verleidelijk lachend naar achter zodat haar lange nek nog beter tot uiting komt. De jongen slikt drie maal, lacht mee, en zet dan de stap. Hij legt zijn arm rond haar schouders, en trekt het meisje lieflijk naar hem toe. Het feit dat ze hem laat begaan is voor hem een hele opluchting.


Ze wendt haar blik af. Ook zij kent grenzen. Ondertussen zit de oudere man nog steeds te wachten, en pakt het jarige meisje haar cadeautjes uit. Een tweepersoonstafeltje verder zitten twee zuiders uitziende mannen. Ze lijken op elkaar als twee druppels water. Het moeten broers of neven zijn. Nog voordat hun glas Duvel leeg is, bestellen ze al een nieuw glas. Hun gezichten stralen. Ze hebben iets te vieren. Wie weet is de ene man de andere komen opzoeken vanuit Italië, of verder nog, Mexico ter gelegenheid van de geboorte van diens eerste kind. Wat ze precies te vieren hebben, zal ze nooit weten, maar dat ze aan het vieren zijn, dat is zeker.


Een meisje met een kleurrijk sjaaltje zit te kauwen op de achterkant van haar potlood. Ze kijkt zeer aandachtig van het meisje dat voor haar zit, naar een blad dat op tafel ligt. Ze vist een gommetje uit haar pennenzak en gumt zorgvuldig hier en daar wat uit.


Een jong gezin zit een tafeltje verder. Vader heeft zijn twee verwende dochtertjes tijdens het wandelen beloofd dat als ze braaf waren, ze iets mochten eten of drinken op het einde van de tocht. Belofte maakt schuld.


Iets later komt een meisje naar haar tafeltje toegelopen.

-Sorry dat ik laat ben. Hoe gaat het?

Goed, antwoordde ze, want als het geluk niet in de kranten te vinden is, dan moeten wij het zelf opzoeken.